Beelddenkers van basisschool naar voortgezet onderwijs
Onze beelddenkers hebben op de basisschool aardig met hun beelddenkende talenten leren omgaan, maar het chaotische associatieve denken komt in het voortgezet onderwijs weer helemaal terug. Dit heeft niet alleen te maken met alle veranderingen in de brugklas, maar ook de ontwikkeling van het puberbrein speelt daarbij een grote rol.
Hoe verloopt de overgang voor beelddenkers van de basisschool naar het voortgezet onderwijs?
De overgang van de vertrouwde basisschool naar de brugklas is voor veel leerlingen lastig de eerste weken. Zij komen van een school waar zij de oudste leerlingen waren en behoren op hun nieuwe school voor voortgezet onderwijs ineens tot de kleintjes. Waar zij op de basisschool rustig en overzichtelijk de hele dag in één leslokaal van één leerkracht les hadden, moeten zij nu elk lesuur naar een ander leslokaal met een andere docent. Dat is zoeken in het begin in zo’n groot gebouw.
Hoe verloopt de puberteitsontwikkeling?
In de puberteit lopen de puberteitsontwikkeling, de cognitieve ontwikkeling en de psychosociale ontwikkeling naast elkaar, maar niet in hetzelfde tempo. De Leidse professor Michiel Westenberg deed hier onderzoek naar.
De puberteitsontwikkeling is vooral fysieke groei en wordt ingang gezet door hormoonafgifte. De cognitieve ontwikkeling heeft te maken met ons denkvermogen; de groei van het verstand. De psychosociale ontwikkeling heeft te maken met het inzicht in zichzelf en anderen. Deze drie ontwikkelingen lopen niet parallel.
In welk tempo verloopt deze ontwikkeling?
De puberteitsontwikkeling eindigt als eerste, daarna de cognitieve ontwikkeling en als laatste de psychosociale ontwikkeling. Er zijn onderlinge tempoverschillen bij jongens en meisjes, maar ook binnen de eigen groepen.
Op welke leeftijd is het brein volledig ontwikkeld?
Rond het zesde levensjaar heeft het brein 95% van de omvang van een volwassen brein bereikt. In de puberteit vindt er verdere rijping plaats. Tussen de hersencellen blijven zich verbindingen vormen en afbreken. Deze ontwikkeling gaat door tot ongeveer 24 jaar en soms wel tot 30 jaar. (Onderzoek van professor Uylings van het VU medisch centrum en het Nederlands instituut voor Hersenonderzoek). De groei van het brein loopt als het ware van achteren naar voren. De achterste hersendelen worden als eerste volledig ontwikkeld en de frontale hersenschors komt als laatste volledig tot ontwikkeling.
Een puber kiest vaak voor de korte-termijn-winst.
Doordat de frontale hersenschors nog niet voldoende ontwikkeld is, heeft de puber moeite met beslissingen nemen en keuzes maken met effecten voor de langetermijngevolgen. Hun handelen is met name gericht op kortetermijnwinst. Er is een onbalans tussen ratio (denken)en emotie. Zij maken keuzes door emoties te gebruiken. Daardoor zal de puber vaker kiezen voor de winst op de korte termijn dan de winst op lange termijn.
Ouders vervangen tijdelijk de prefrontale cortex
Wetenschappers adviseren ouders en andere begeleiders om als de prefrontale cortex op te treden tijdens deze periode. Begeleid pubers bij het maken van keuzes. Laat zien wat de langetermijngevolgen zijn bij bepaalde keuzes die de puber maakt.
De puber heeft begeleiding nodig!
De puber heeft dus begeleiding nodig bij zaken als structuur aanbrengen (in lesstof), zelfstandig werken, huiswerk plannen, keuzes maken, enz.
Als de puber op school en thuis goed wordt begeleid, kan het brein hier voordeel van hebben. Plannen, vooruitdenken en beslissingen nemen zijn allemaal vaardigheden die beter tot ontwikkeling kunnen komen als het brein daarin wordt gestimuleerd.
Zijn er verschillen in de manier van leren?
Ja, er zijn verschillen in de manier van leren. Het is wel belangrijk om de verschillen van de visuele en de verbale cognitieve stijl in de gaten te houden; beelddenken en taaldenken.
Elke cognitieve stijl heeft zijn eigen manier van leren!
Wat is een cognitieve stijl?
Een cognitieve stijl geeft de manier aan waarop leerlingen denken, leren, waarnemen, informatie verwerken en problemen oplossen. Het is een aspect van iemands persoonlijkheid.
Volgens Prof.Span is het ONMOGELIJK om iemands cognitieve stijl te veranderen: `een in de persoonlijkheid verankerde, persistente tendentie om op een bepaalde manier te leren`.
Heeft een docent een eigen cognitieve stijl?
Ook een docent heeft een eigen cognitieve stijl. Zijn cognitieve stijl bepaalt ook mede zijn doceerstijl. Een duidelijk verschil tussen de leerstijl van de leerling en de doceerstijl van de docent kan tot achterblijvende prestaties leiden bij leerlingen.
Er is geen betere cognitieve stijl, er zijn verschillen!
Wat is leren eigenlijk?
Leren is structuur aanbrengen in de lesstof. De ene leerling gebruikt daarvoor het taaldenken en de andere leerling hanteert het Beelddenken.
Elke wijze heeft zijn eigen manier van informatie opnemen, opslaan en ophalen. De Beelddenker zal dat d.m.v. de visuele geheugensystemen doen en de taaldenker via de verbale geheugensystemen.
Hoe herken ik een beelddenker in het voortgezet onderwijs?
Kenmerken van beelddenken in het voortgezet onderwijs:
- Beelddenken krijgt extra accent
Pubers zitten in een leeftijdsfase, waarin het beelddenken een extra accent krijgt. Dit is een fase waarin de leerproblemen weer extra naar voren komen. Als de emoties iets bekoelen en als de zekerheid weer toeneemt, zal het na de derde klas weer beter gaan op school. Dit heeft ook te maken met de lesstof. Het onderwijs in de onderbouw van het voortgezet onderwijs bestaat voornamelijk uit reproductie onderwijs. In de bovenbouw bestaat het lesgeven veel meer uit inzicht en doorzicht onderwijs. Inzicht en doorzicht onderwijs past beter bij een beelddenker.
- Laten vaak kinderlijk gedrag zien
Beelddenkers laten vaak jong gedrag zien in de onderbouw van het voortgezet onderwijs. Deze leerlingen zijn daardoor gevoelig voor problemen. In veel fases van de schoolperiode hebben zij zich meer door hun cognitieve vermogens dan door hun rijpheid staande gehouden.
- Opdrachten worden slecht begrepen
Een beelddenker begrijpt de opdracht niet meteen. Of… de opdracht wordt zelfs vergeten.De beelddenker zal door zijn vele associaties in zijn eigen gedachtewereld terechtkomen. Het lijkt er op dat hij totaal niet oplet. Maar dat is niet zo. Het overkomt hen!
- Zwakke concentratie
Je ziet bij de beelddenkers vaak een concentratieprobleem. Concentreren is een proces van selecteren. Door de vele associaties van het beelddenken is dat lastig! Daar komt nog bij dat een beelddenker visueel is ingesteld. Elk geluid in de klas wil hij zien.
Veel gelezen blog: ADHD of Beelddenken geeft informatie over concentratie.
- Oriëntatiefouten bij taal
Een beelddenker maakt veel oriëntatiefouten in dictee en taalwerk. Oriëntatiefouten zijn fouten bij het verwisselen van bijvoorbeeld de v – f en g – ch en s – z en ei – ij…
- Lastig om een stuk te schrijven
Een beelddenker vindt het lastig om een verhaal te schrijven. Door de vele associaties is het altijd chaotisch in het hoofd van de beelddenker. Het is dus lastig voor ze om op volgorde een verhaal op te schrijven. Zij beginnen misschien wel in het midden van het verhaal te schrijven. Het eerste deel van het verhaal hebben zij al `beleefd`.
- Onverwacht tot creatieve oplossingen komen
Het zijn de leerlingen die onverwacht heldere vragen stellen of met (creatieve) oplossingen komen. Als je als docent vraagt: `Hoe kom je aan deze oplossing?`, dan weten zij het niet te verwoorden. De beelden gingen te snel. Zij `zagen` het antwoord gewoon!
- Zij ontwikkelen vaak faalangst
Je ziet veel faalangst bij Beelddenkers in het voortgezet onderwijs. Het is verstandig om de faalangst aan te pakken. Je haalt op deze manier de blokkade weg om vrij uit te kunnen leren en presteren!
Veel gelezen blog: beelddenkers ontwikkelen vaak faalangst. Dit blog geeft inzicht waarom nu juist beelddenkers snel faalangst ontwikkelen.
Pubers zijn fascinerend en leuk!
Ik heb ruim dertig jaar pubers mogen onderwijzen in wiskunde en ik genoot er elke dag weer van!
Veel plezier met onze pubers die in beelden denken!
Veel gelezen het blog: Tien studietips voor pubers.
Wil je meer weten over Beelddenken en voortgezet onderwijs? Het e-book Beeld en Brein Beelddenken en voortgezet onderwijs geeft uitgebreide informatie en tips.
Ik wil graag meer informatie over het e-book Beelddenken en voortgezet onderwijs..
Anneke Bezem