Beelddenker in Balans

Pas als de Beelddenker in balans is, kan hij tot leren komen.

Als je in balans bent, sta je sterk!

Als je sterk staat, ben je in balans!

Een Beelddenker is van nature leergierig!

Een kind is van nature nieuwsgierig, leergierig, levenslustig, open, geïnspireerd en creatief. Dit noemen we de Basis Balans. Het kind mag en kan zichzelf zijn en er is een natuurlijk evenwicht tussen de mentale, fysieke en emotionele balans. De Basis Balans is noodzakelijk voor een evenwichtige groei en ontwikkeling van een kind.

Het Basis Balans Model

Het Basis Balans Model bestaat uit:

  1. de mentale balans
  2. de fysieke balans
  3. de emotionele balans

De mentale balans richt zich op de samenwerking van de linker- en rechterhersenhelft.

De fysieke balans richt zich op STERK in het leven te staan. Een kind staat pas sterk in het leven als het kind volledig georiënteerd is in de ruimte. Dit betekent een voor-achter, een links-rechts en een onder-boven besef.

De emotionele balans richt zich op het omgaan met emoties.

Onze Beelddenker en de Basis Balans

Een Beelddenker neemt zintuiglijk waar. Dit betekent dat de emotionele balans snel wordt verstoord als er binnen klassenverband of thuis geen goede sfeer is. Een Beelddenker voelt dit gelijk.

De mentale balans is met name voor de Beelddenker essentieel. Omdat een Beelddenker voornamelijk vanuit de rechterhersenhelft zijn informatie verwerkt, is het belangrijk dat beide hersenhelften goed blijven samenwerken. Dit zal de informatieverwerking soepeler en effectiever maken.

De fysieke balans heeft te maken met het letterlijk sterk in de wereld staan.  Dit heeft een Beelddenker nodig omdat hij zich door een andere manier van communiceren vaak onbegrepen voelt.

Uit balans

Een kind dat zich leert schikken naar de wensen van de omgeving (ouders, school, vrienden) kan zijn Basis Balans kwijtraken.  Er is een verstoring in de mentale, fysieke en/of emotionele balans. Dit kan zich uiten in vage lichamelijke en/of gedragsmatige klachten zoals hoofdpijn, buikpijn, stoer doen of het zich terugtrekken. Faalangst ligt op de loer.

De Basis Balans is weg. Het kind komt niet meer tot helder denken en leren.

Alle goedbedoelde hulp, op welk terrein dan ook, is tevergeefs.

Pas als de Basis Balans bij het kind terug is, is ondersteuning en hulp (in welke vorm ook) effectief. Bij een goede Basis Balans, kan een kind tot leren/presteren komen.

Het is dus belangrijk dat alle drie de terreinen van de Basis Balans worden meegenomen in een begeleiding.

Een gat in de emmer

Als er een gat in de emmer zit, kun je er eindeloos water in blijven gooien. Ieder mens kan bedenken dat dit zinloos is. Je gaat je energie gebruiken om  het gat in de emmer te repareren. Pas dan kun je de emmer vullen met water.

Bij het begeleiden van leerproblemen wordt meestal het accent gelegd op het leerprobleem zelf: rekenen, lezen, spelling, enz. Het veranderde gedrag van een kind wordt wel waargenomen en dan vaak door ouders.
Maar in de begeleiding wordt er niets gedaan aan het veranderde gedrag.  Water in de emmer blijven gooien lijkt dan effectiever.

De Basis Balans zorgt ervoor dat het gat in de emmer gemaakt wordt en dat de emmer weer functioneel wordt: water dragen!

Laten we eens kijken naar de afzonderlijke balans gebieden

Wat betekent mentale balans, fysieke balans en emotionele balans?

En wat kunnen we doen?

De Mentale Balans

De mentale balans richt zich op een goede en soepel lopende samenwerking tussen de beide hersenhelften. De linker- en rechterhersenhelft hebben ieder hun eigen specifieke talenten. De linkerhersenhelft is vooral gericht op taal, analyse, details, tijd en volgorde. De rechterhersenhelft is vooral gericht op beeld, geheel, vorm, kleur en ritme. Om deze eigenschappen optimaal te benutten moeten de beide hersenhelften samenwerken.

Kinderen die een minder ontwikkeld coördinatievermogen hebben (de samenwer­king tussen linker- en rechterlichaamshelft), heb­ben ook een verminderd vermogen tot het gebruiken van lees- en leercapaci­teiten. Dit is op zich geen lichamelijke afwij­king. Het is een verschijnsel dat ontstaat omdat er geen vanzelfsprekende samen­werking bestaat tussen de linker- en de rechterher­sen­helft onder stressvolle omstandigheden.

De samenwerking van de hersenhelften zorgt er namelijk voor dat je overzicht houdt over alles wat zich in het leven afspeelt. Om overzicht te krijgen en te houden is het noodzakelijk dat onze links-rechts coördinatie optimaal is.

Het is aan te raden om kinderen met leerproblemen dagelijks oefeningen te laten doen, die de samenwerking tussen de linker- en rechterhersenhelft bevorderen. Gerichte oefeningen hiervoor zijn bijvoorbeeld De Kruisloop en De Luie Acht. Deze oefeningen kunnen individueel, maar ook klassikaal worden gedaan.

Oefening: De Kruisloop

Hoe gaat de oefening?

Tik met de rechterhand de opgetrokken linkerknie aan, tik daarna met de linkerhand de opgetrokken rechterknie aan (marcheren).

Doe deze kruislooppassen iedere dag een paar minuten op muziek.

De rechterkant van het lichaam wordt gecontroleerd en geactiveerd door de linkerhersenhelft en de linkerkant van het lichaam wordt gecontroleerd en geactiveerd door de rechterhersenhelft. Om het overzicht te houden over wat je doet is het belangrijk dat de beide hersenhelften samenwerken. Beide hersenhelften verwerken informatie namelijk gelijktijdig maar op een verschillende manier.

De linkerhersenhelft verwerkt informatie in volgorde (seriële informatieverwerking).

De rechterhersenhelft verwerkt informatie gelijktijdig (simultane informatieverwerking).

Het geïntegreerd kunnen omgaan met informatie is een levenslang proces. Een kind dat beide hersenhelften tegelijkertijd gebruikt, kan daardoor tegelijkertijd praten, lopen, denken en rondkijken. Het kan schrijven en tegelijkertijd lezen wat hij schrijft. Dat is natuurlijk belangrijk binnen het onderwijs.

Oefening: de Luie Acht

Dit is een goede oefening om de ogen beter te laten samenwerken, waardoor de ogen soepeler de middenlijn van het papier `oversteken` bij het lezen en schrijven. Deze oefening bevordert de oog-handcoördinatie.

Hoe gaat de oefening?

Teken een grote liggende acht, oftewel de luie acht. Gebruik hiervoor A3 papier.

Pak je potlood in je rechterhand en zet de punt in het midden van de luie acht. Beweeg het potlood over de lijn naar boven.  Volg met je ogen het potlood dat nu de luie acht `overtrekt`, zonder het papier te verlaten. Doe dit een aantal keer.

Daarna pak je het potlood in je linkerhand en teken je de luie acht weer een aantal keer.

Pak nu twee potloden. In iedere hand één. Plaats de punten samen in het midden van de luie acht en trek ze nu beiden over de luie acht in dezelfde richting. Ze achtervolgen elkaar als het ware. In de bochten halen ze elkaar even in.

De Fysieke Balans

Allerlei gezegdes laten zien dat sterk op je eigen benen staan, te maken heeft met mentaal sterk staan. Denk maar eens aan: `Zo sterk als een huis!` `Zo stevig als een rots.`

Sterk staan is belangrijk voor de balans. Dit vergroot het zelfvertrouwen en zal goed van pas komen in situaties die onzekerheid kunnen oproepen (pesten, examens, enz.)

Om sterk te staan zijn twee zaken belangrijk: het gronden en het ontspannen.

Onderstaande oefeningen helpen daarbij.

Oefening: gronden

Hoe gaat de oefening?

De volgende oefening wordt onder leiding van een begeleider gedaan. Deze grondingoefening is kort en bijzonder effectief. Het kind staat met de ogen dicht. De begeleider spreekt de volgende tekst rustig uit:

`Je staat midden in een bos met hele hoge bomen.
Jij staat tussen de bomen. Je hoort de vogeltjes fluiten.
Je voelt het gras aan je voeten.
De zon schijnt.
Je voelt de warmte op je hoofd.
Je voelt de warmte door je hoofd gaan naar je nek, je armen,  je borst, je rug, je buik en naar je benen. Voel de warmte in je hele lichaam.
Je voelt de warmte naar je voeten gaan.
De warmte maakt je voeten groot en sterk.
Het is net of er wortels aan je voeten zitten die de grond ingroeien.
Je staat zo stevig als een boom.
De warmte gaat door de wortels.
Je staat heel sterk.
Je voelt je sterk.
Je zegt in jezelf….Ik voel me sterk…….
Kom nu  weer langzaam terug in deze ruimte….en voel hoe sterk je jezelf voelt.`

Oefening: ontspannen

Het kind moet leren vanuit ontspanning en vanuit de buik adem te halen. Een goede manier om dit te ervaren is de `slappe pop ademhaling`. Het is een korte, maar zeer effectieve oefening.

Hoe gaat de oefening?

Ga rechtop staan.

Adem nu langzaam in 3 tellen in, terwijl je je armen omhoog heft. Houdt je adem even vast.

Blaas nu langzaam, in 6 tellen, de lucht weer uit door je mond, en laat jezelf als een slappe pop voorover vallen. Je armen bungelen met losse schouders naar beneden.

Herhaal dit 3 keer.

De Emotionele Balans

Een kind kan door verschillende oorzaken uit balans raken. Bijvoorbeeld als het leren niet goed lukt. De kans is groot dat het kind een faalangst ontwikkelt. School is niet meer leuk, er komen vage klachten, er ontstaan blokkades en het leren gaat nog slechter. De vicieuze cirkel is rond: door de frustratie ontstaan blokkades, waardoor het leren steeds slechter gaat. Hierdoor raakt het kind nog meer uit balans.
School is niet meer leuk!

Wat kunnen we doen?

Faalangst is een van de meest voorkomende emotionele blokkade bij leerproblemen. Het eerste dat opvalt bij faalangst is: `Er komt niet uit wat er in zit.`  Om het negatieve cirkelproces te doorbreken kunnen ouders/leerkracht met behulp van de Emotiecirkel de faalangst bespreekbaar en dus hanteerbaar maken. Deze werkwijze geeft houvast bij het doorbreken en omkeren van ongunstige cirkelprocessen, waardoor er een uitweg komt en er uiteindelijk weer balans ontstaat.

De Emotiecirkel

De Emotiecirkel werkt met een vaste volgorde en is gericht op een doel. Om te beginnen is het raadzaam om dit doel klein te houden. Daardoor bevorderen we succes ervaringen.

De emotiecirkel is een cirkelproces, waarbij we onderstaande volgorde hanteren:

  • doel
  • aanpakken
  • feedback
  • evalueren
  • emotie
  • resultaat

Doel

Het is voor de motivatie en de slagingskans belangrijk om samen met het kind een reëel en dus haalbaar doel te stellen. Dus niet: `Ik ken alle tafels volgende week!` maar:  `Volgende week ken ik de tafels van 1, 5 en 10.`

Aanpakken

Het aanpakken van de taak kan dan het leren van de tafels van 1, 5 en 10 zijn. Maak een plan om het doel te laten slagen. Het kind gebruikt hiervoor vragen als:

`Wat heb ik nodig om de tafels te leren? `
`Hoe kan ik het beste leren?`
`Hoeveel tijd heb ik nodig?`
`Maak ik een planning?`
`Hoe vul ik dat in?`
`Wie kan mij daar bij helpen?`

Feedback

Het is belangrijk om op een juiste manier feedback te geven aan het kind, zodat het een goed zelfbeeld ontwikkelt. Het is daarom belangrijk dat er een persoonsgerichte feedback wordt gegeven, die altijd positief is. Zeg liever: `Wat heb je nodig om deze lastige som te onthouden?` in plaats van: `Jij vergeet altijd alles meteen. Concentreer je nou toch eens!`.

Het is de bedoeling dat deze reacties van de leerkracht/ouder het kind inzicht geeft in het probleem.

Een negatieve feedback is soms noodzakelijk, maar probeer die dan alleen op de taak te richten en niet op het kind zelf. Zeg dus liever: `Deze tafeltoets heb je niet goed gemaakt.` in plaats van:  `Jij kunt niet goed leren.`

Evalueren

Het is belangrijk om na afloop samen te evalueren. Als de overhoring van de tafels toch niet goed gegaan is, kijk dan samen eerst of er een reëel doel was gesteld. Is dat het geval, ga dan samen na waar het fout is gegaan.

Was het de voorbereiding?
Was er die dag iets aan de hand (emoties)?
Was er te weinig tijd?
Na een getrokken conclusie, ga je samen kijken hoe het de volgende keer anders kan.

Emotie

Stimuleer het kind om zijn emoties te uiten. Tevredenheid, teleurstelling, faalangst… het zijn herkenbare en normale emoties. Deze emoties mogen worden getoond. Stimuleer het kind  om zijn emoties te verwoorden en om te zetten naar positieve daden.

Een negatief gevoel helpt een kind niet verder!

Een kind zegt al snel: `Ik had een onvoldoende voor mijn tafeltoets, ik kan het niet, ik ben dom!`.

Maak het kind duidelijk dat deze zinnen hem niet verder helpen bij de herkansing. Beter is het om iets positiefs te zeggen. Bijvoorbeeld: `Ik doe mijn best, ik bereid me goed voor, ik zie het wel`.

Resultaat

Een hoge verwachting is vaak moeilijk te bereiken. Blijf realistisch en stel verwachtingen bij naar mate er meer inzicht komt in de mogelijkheden. Wees ook eerlijk in de problemen die er eventueel zijn. Sluit het onderwijs wel aan bij de informatieverwerking van de Beelddenker?
Benoem het! En ga eens om de tafel met de leerkracht om te kijken wat de mogelijkheden zijn.

Succes hangt samen met zelfkennis.
Weet wat je kracht is en wat je talenten zijn. Probeer zo veel mogelijk vanuit de talenten te werken en de zwakke dingen te versterken. Een Beelddenker heeft veel talenten. Alleen zijn deze talenten soms lastig binnen ons onderwijssysteem.

Cirkelproces

Vervolgens wordt het cirkelproces van De Emotiecirkel opnieuw gevolgd: Stel een nieuw doel, voer de taak uit, geef feedback, analyseer, erken de emoties en stel het doel bij.

De Emotiecirkel kan zo op een speelse natuurlijke manier worden benut. Het kind wordt op een plezierige manier begeleid en krijgt inzicht in eigen handelen. Hierdoor zal het uiteindelijk in staat zijn om zijn eigen cirkelproces te analyseren.

Constante natuurlijke beweging

Het leven van onze kinderen verloopt niet altijd gelijkmatig. Er is een constante natuurlijke beweging. Er kunnen dingen gebeuren die deze balans verstoren.

Is de Basis Balans verstoord, onderzoek dan welke balans is verstoord; mentaal, fysiek of emotioneel. En pas één van de effectieve, korte oefeningen toe.

Wil je de Basis Balans bij kinderen terugbrengen? Dan is misschien de e-learning STERKerSTAAN® Coach iets voor je.

Ik wens je een goede Basis Balans!

Anneke Bezem